‘Jij moet niet tegen mij zeggen: Bram, je moet gaan zitten. Je
moet zeggen: Bram, je mag gaan zitten!’
Bram is boos. Op Bart. Het is even na zeven uur ’s ochtends in
Huize B. en de stemming zit er al goed in. Bram verliest zich in een heerlijk
potje puberaal pappa-pesten. En Bart, ’s ochtends niet op zijn best, reageert
precies zoals gewenst.
Ik, ’s ochtends ook niet op mijn best, heb hier helemaal geen
zin in. Ik roep: ‘Bart, je moet
stoppen. En Bram, je mag gaan
zitten!’
Bij alle handelingen die volgen, ontstaat er discussie. Bart
zegt gewoontegetrouw bij alles dat Bram iets ‘moet’, en Bram verbetert het keer
op keer. ‘Ik mag mijn thee drinken, pap!’ ‘Ik mag mijn pillen doorslikken,
pappa!’ Het is doodvermoeiend.
Toch snap ik Bram wel. Hij wil ook groot zijn, zelf de regie
hebben. Hij wil net als ieder ander zelf keuzes hebben, en niet zo
gecommandeerd worden.
Ik heb zo’n hekel aan dit geschreeuw, en heb lang geleden
besloten dat het soms beter is om maar met de stroom mee te gaan. Ik benoem dus
met nadruk alles met ‘je mag’.
Als Bram om acht uur zijn jas heeft mogen aandoen, en zijn schoenen, en zijn tas heeft mogen meenemen, en de keuze heeft gekregen om in de taxi te gaan zitten, valt er een
weldadige stilte over ons stulpje.
Bart heeft vandaag vrij. Als Eva en Femke naar school zijn
vertrokken, hebben wij overleg want er ligt een berg administratie en andere
klusjes, die wij moeten (euh, mogen) doen. Uiteraard moeten we vandaag weer een
aantal stappen op het transitiepad zetten. We moeten uitzoeken hoe het nu
precies zit met onze hypotheek, met al die nieuwe regels. We moeten de pincode
van Bram’s pasje ophalen. En we moeten nog een aantal andere zaken doen. Bart
en ik verdelen de taken.
Ik zoek uit hoe het zit met de zorgtoeslag, en die kan ook
achteraf worden aangevraagd, blijkt. Kan dus nog even wachten.
Nu de studiefinanciering….omdat Bram nog op school zit,
krijgt hij minder Wajonguitkering. Maar hij kan nu wel studiefinanciering
krijgen. Ik vind het formulier op de website van de IBgroep. Het is een simpel
formulier, fijn. Ik moet alleen even opzoeken sinds wanneer Bram op de
VSO-afdeling zit, nazoeken in de oude handelingsplannen van school. Dat is heftig,
want daarbij trekt Bram’s hele schoolloopbaan aan me voorbij. Ik stop de rapporten
snel weer terug, heb er even geen ruimte voor.
Het venijn zit hem in de staart van het formulier: Bram moet
het zelf ondertekenen en dat gaat dus niet. Ik besluit te bellen. Na drie
minuten en twintig seconden heb ik het keuzemenu al doorlopen. Nu nog drie
minuten wachten, en dan hoor ik dat ik het mag ondertekenen, maar ‘Stopt u er
wel even een briefje bij! Met een toelichting!’
Nu nog even de pincode ophalen op het kantoor van de bank.
Het meisje neemt de brief in ontvangst en meldt: ‘uw zoon moet het afhaalbewijs
zelf ondertekenen.’ Ik vertel de mevrouw dat dat helaas niet zal gaan en waarom
niet. Uiteindelijk moet de filiaalhouder er aan te pas komen, maar dan krijgen
we de envelop met de pincode mee naar huis.
Het huilen staat me opeens nader dan het lachen. Zo niet
leuk om te moeten constateren dat je weer iedere keer moet vertellen dat Bram
dingen niet kan, dat het met hem anders is. Wat had ik graag gehad dat Bram dit
allemaal zelf kon regelen. Het grijpt me opeens bij de strot.
Buiten is het koud en nat. Veeg mijn tranen samen met de
regendruppels in mijn sjaal.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten