dinsdag 29 januari 2013

Kippen






‘Bob heeft te hard geknuffeld met zijn kip. En nou istie dood…… Nu heeftie nog twee kippen. Maar eentje is dood. En eentje is levend.’

Kippen. Het zijn de lievelingsdieren van Bob, een klasgenoot van Bram. Bob heeft al jaren twee kippen. Kort geleden vertelde hij me dat de kippen dood waren. Maar nu had hij er dus weer twee. En na een tragisch verlopen vrijpartij is er nog eentje over.

Bob doet graag en vaak kippen na. Uit het niets klappert hij met zijn armen. Hij kakelt er heel hard bij.

Als Bram het over Bob heeft, sluit hij het gesprek altijd af met dezelfde vertoning, kakelen en klapperen met zijn armen. Wij roepen dan ‘Bram! BRAM!! BRAM!!!!! Heet jij Bob?’

Natuurlijk gaat Bram dan nog een tijdje door.

Nu gaat Bram binnenkort uit huis. Bob gaat ook wonen, bij dezelfde instelling. Dikke kans dat ze op dezelfde afdeling terecht komen.

Bram vertelt aan ons dat hij met Bob heeft gepraat. Hij heeft gezegd:’Bob, ik wil best met jou op de woning gaan wonen. Maar: je mag geen kip nadoen!’

Ter afsluiting van zijn verhaal doet Bram gedurende twee volle minuten een kip na. Hij krijgt een in zichzelf gekeerde blik en heeft zichtbaar plezier in zijn actie.

Wij roepen en roepen. Femke wordt boos, Bart wordt boos, Eva en ik liggen dubbel.

Bram stopt. Eventjes.

Dan doet hij heel hard en heel lang een blaffende hond na.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten