dinsdag 11 juni 2013

De Eigen Kracht van mevrouw Frederiks




Vijfentwintig jaar geleden schreef ik, toen nog studente in Wageningen, een brief aan de drie kinderen van mijn hospita, mevrouw Frederiks. Samen met twee andere studenten woonde ik op haar zolder.

Mevrouw was een echte dame, weduwe van een alumnus van dezelfde universiteit als die waar wij studeerden. Zij en ik hadden een enorme klik,

Mevrouw Frederiks (dik in de zeventig) had haar zaken goed op orde. Ze woonde in een mooi huis en voor haar huishouden had ze twee dames in dienst genomen, die allebei Annie heetten. Het onderscheid tussen de Annie’s werd gemaakt door een simpele toevoeging, I of II.

Annie I was de luxe-Annie. Zij deed met mevrouw Frederiks de boodschappen, ging met haar naar de markt, naar de borduurwinkel. Annie II was de poetsdame, zij boende het huis en deed de was.

Als de kinderen van mevrouw Frederiks langskwamen, meestal voor een etentje, zag het huis er tiptop uit, want gepoetst door Annie II. Er was gekookt door Annie I. Mevrouw zelf was voorzien van keurig gekapte haren (Annie I) en keurig gestreken kleding (Annie II).

De uren voor het bezoek bracht mevrouw meestal door in bed. De dag erna ook. Maar tijdens het bezoek was ze wie ze zo graag wilde zijn: de kwieke moeder van haar drie kinderen van middelbare leeftijd.

Wij, haar huisgenoten, zagen de andere kant. Wij zagen de vermoeidheid. Wij zagen dat de Annie’s steeds vaker kwamen.

Wij controleerden elke avond de deuren en het gasfornuis, en enige keren per week bleek dat niet voor niets. Dan stonden de deuren wagenwijd open. Stond het fornuis nog volop te branden.

Wij zagen bijvoorbeeld ook dat het haar niet meer goed lukte om ‘de toiletgang’ netjes af te handelen, de poep zat regelmatig op de bril en de muren. Wij wisten dat zij niet meer in bad durfde als er niemand in huis was, uit angst dat ze er niet meer uit kon komen. Want dat was gebeurd, tijdens een weekend dat wij er niet waren. Ze zat toen urenlang in het bad, en kon er pas na uren met veel moeite uit komen.

De Annie’s en wij deden meer en meer voor mevrouw Frederiks. Met veel liefde, maar ook met toenemende bezorgdheid.

En soms met een zucht, eerlijk is eerlijk. ‘Maaaaaaike, ben JIJ dat? Kun jij even die draad voor mij door die naald halen?’ Betrapt bij het heel zachtjes de trap opsluipen…

Over die dingen ging de brief aan de kinderen van mevrouw Frederiks.

Het antwoord van de kinderen van mevrouw Frederiks vond ik onthutsend. Zij begrepen niet waar wij het over hadden. Kortgeleden nog, bij het laatste etentje, hadden ze het er over gehad. Over hoe goed het met moeder ging. En dat ze er zo goed uitzag, zo verzorgd. En dat ze zo heerlijk en uitgebreid had gekookt.

Er kwam dus geen hulp van de kinderen van mevrouw Frederiks. Ik begreep er helemaal niets van.

Nu, vijfentwintig jaar later, begrijp ik mevrouw Frederiks en haar kinderen veel beter.

Het vragen om hulp, het toegeven dat het niet goed gaat, dat je hulp nodig hebt, dat is meer dan een puur zakelijke mededeling. Het gaat over je zelfbeeld, over verwachtingen die je hebt van jezelf, als onafhankelijk persoon, als iemand die zelf de regie heeft over het eigen leven.

Het gaat om trots, bij degene die om hulp vraagt.

Om hulp vragen is ook moeilijk omdat het je relaties met andere mensen verandert. Kun en wil je je hulpvraag wel bij die ander neerleggen? Want wat het antwoord ook is op die vraag, nee of ja, de relatie met die andere persoon zal voortaan anders zijn.

Mevrouw Frederiks organiseerde haar eigen hulp, en betaalde dat zelf. Maar haar angst was afhankelijk te worden, wellicht niet meer in haar huis te kunnen blijven wonen. Na haar eerste hartinfarct was dat haar grootste zorg, ze was zo verdrietig, daar in dat grote witte ziekenhuisbed.

Kort daarna kreeg mevrouw Frederiks een tweede hartinfarct op straat. Terwijl de ambulancebroeders haar probeerden te reanimeren, liep haar dochter toevallig langs. Ze wilde niet nieuwsgierig zijn, en liep gewoon door. Pas later bleek dat het om haar moeder ging.

Mevrouw Frederiks overleed op weg naar het ziekenhuis. Zij is tachtig jaar geworden, en precies op tijd gestorven.



Tom Odell: Grow old with me: http://www.youtube.com/watch?v=Kvv9jF8xJPs



Geen opmerkingen:

Een reactie posten