Bram
In het ziekenhuis, leer ik al snel, gaat het maar om één
ding: de aandoening waarvoor je daar bent. Later zal ik gelukkig ervaren dat de manier
waarop men in het Maria Gasthuis omgaat met kinderen en ouders wel erg zakelijk
en afstandelijk is.
Als ouders proberen wij het Bram in het ziekenhuis zoveel
mogelijk naar zijn zin te maken. Bram is natuurlijk niet echt ziek, hij
functioneert tussen de aanvallen door volledig normaal. Hij wil spelen,
voorgelezen worden en TVkijken. Gelukkig is er een prachtige speelkamer, en
daar brengen we vele uren door. Wij mogen de afdeling niet verlaten, jammer
genoeg. Wat had ik graag even met Bram een kopje koffie in het restaurant
gedronken. Of buiten even een frisse neus gehaald.
Vanwege de andere kinderen die wel echt ziek zijn moeten we
proberen hem rustig te houden. Maar Bram is gewoon een jongetje van 3 jaar, dat
lekker wil bewegen. Rustig houden lukt dus niet altijd, en dan rent Bram er vandoor.
Daar gaan we, Bram en ik, rennend door de gang en de zalen. Ik probeer hem te
vangen. Sommige mensen vinden het leuk, maar er zijn andere mensen die het heel
vervelend vinden. Zoals de oma van een heel ziek meisje. Als ik Bram 'gevangen'
heb, lopen we langs het bed van haar kleindochter. Daar houdt ze mij staande.
‘Waarom bent u hier eigenlijk?’, vraagt ze boos, ‘uw kind mankeert niets. Hij
is niet ziek.’
Ik lees Bram eindeloos voor. Zoals het prentenboekje over
het heksje dat haar schoenen versiert. Of het boek over Woeste Willem, een
zeerover die eigenlijk niet kan zwemmen. We kijken TV: vooral naar Winnie the
Pooh.
Bram lijkt van de aanvallen weinig mee te krijgen. Wel als
hij zich bezeert na een valaanval, maar ook dan is hij snel te troosten. Al met
al gaat het met het kind Bram goed. Maar zijn aanvallen komen niet onder
controle.
Ons gezin
Hoe is het met ons gezin, nu we opeens zijn geconfronteerd
met al dit gedoe? Nu alles opeens helemaal om Bram draait? Nu we opeens 24 uur
per dag bij Bram in het ziekenhuis moeten blijven?
Eva is al snel nadat Bram werd opgenomen door mijn ouders
opgehaald. Mijn ouders vertroetelen onze baby die nog geen 5 maanden is. Dat
voelt heel raar, ook omdat we haar weinig kunnen zien. In onderling overleg
hebben we besloten dat we haar liever niet in het ziekenhuis willen hebben, zeker
niet op de kinderafdeling. Er waart daar van alles rond, en Eva is nog erg
kwetsbaar.
Eva wordt door mijn ouders prima verzorgd. Stiekempjes
genieten zij erg van haar aanwezigheid. De aanleiding is niet leuk, maar welke
grootouders krijgen de kans om zo’n klein babietje zo’n tijd bij zich te mogen
houden? Uiteindelijk zal Eva een complete maand bij opa en oma blijven.
Bart zit ongelukkigerwijs net voor zijn jaarlijkse tentamen
voor zijn opleiding. Dat examen wordt slechts een keer per jaar afgenomen, in
november. Als hij het nu niet doet, duurt het een jaar voor hij het nogmaals kan doen,
en dan kan hij zijn opleiding niet afronden. Bart ervaart een
grote druk. Hij gaat toch zoveel mogelijk gewoon naar zijn werk, en studeert op
alle momenten als dat kan. Bijvoorbeeld bij Bram als hij mij ’s avonds een
periode komt aflossen.
Ikzelf heb mijn stage en de opleiding gebeld en gemeld dat
ik voorlopig niet kan komen. Ik ben vrijwel de hele dag bij Bram, en slaap er
alle nachten. Net als Bart functioneer ik op de automatische piloot, wij leven
van aanval tot aanval, van dag tot dag. Wij spreken elkaar nauwelijks. En als
het toch lukt, gaat het alleen over de praktische zaken.
Wat er met Bram aan de hand is, en wat dat met ons doet,
daarvoor is letterlijk en figuurlijk geen tijd en ruimte.
Hulp uit Spanje
Bart heeft contact gezocht met zijn ouders. Zij zijn een
paar maanden geleden naar Spanje vertrokken, en begeleiden daar de bouw van hun
nieuwe huis. Dat verloopt allemaal veel langzamer en vooral ook rommeliger dan gepland, wat een bron van
stress is.
Bart heeft gevraagd of zij ons kunnen helpen, of zijn moeder
niet een tijdje naar Nederland kan komen, om in het ziekenhuis op Bram te
helpen passen. Een paar dagen nadat Bram is opgenomen stopt er bij het Maria
Gasthuis een taxi. Mijn schoonmoeder is aangekomen. Ik ga haar beneden
ophalen.
Als we boven komen, lopen we naar Bram toe. Hij ligt op bed,
maar meteen nadat we hem hebben begroet, krijgt Bram een grote aanval. De
verpleging komt aanlopen, de gordijnen gaan dicht om Bram’s bed, en oma wordt
naar de gang gestuurd om te wachten. Voor oma een zeer confronterend begin van
haar hulpactie.
Mijn schoonmoeder lost mij elke dag een paar uurtjes af. Dat is fijn, want Bart en ik kunnen alle hulp gebruiken. Jammer genoeg ontstaan er ook spanningen tussen mijn schoonmoeder en ons. Spanningen die ik nu, 18 jaar later, beter kan begrijpen. Zij is immers hals over kop vertrokken, laat letterlijk een bouwval achter. En ze komt terecht in een zorgelijke en verdrietige situatie. Ook wij reageren anders dan normaal. Maar op dat moment levert dit spanning op die we er echt niet bij kunnen hebben.
Mijn schoonmoeder lost mij elke dag een paar uurtjes af. Dat is fijn, want Bart en ik kunnen alle hulp gebruiken. Jammer genoeg ontstaan er ook spanningen tussen mijn schoonmoeder en ons. Spanningen die ik nu, 18 jaar later, beter kan begrijpen. Zij is immers hals over kop vertrokken, laat letterlijk een bouwval achter. En ze komt terecht in een zorgelijke en verdrietige situatie. Ook wij reageren anders dan normaal. Maar op dat moment levert dit spanning op die we er echt niet bij kunnen hebben.
Met ontslag
Na drie weken opname wordt Bram voor het eerst in zijn jonge
leventje ontslagen. Uit het ziekenhuis wel te verstaan. Niet omdat het zo goed
gaat: in Bram’s toestand komt geen verbetering, hij heeft nog steeds veel
aanvallen, het zijn er wel minder dan eerst. Maar er staan geen onderzoeken
meer gepland en wij dringen zelf aan op vertrek: de opname voegt niets meer toe
en ons gezinsleven is nu lang genoeg op de proef gesteld.
Voor we naar huis gaan, hebben we een gesprek met dokter
Kortekaas. Voor het eerst spreken we hem op zijn eigen spreekkamer, en niet in
de behandelkamer op de kinderafdeling. Dokter Kortekaas* zit achter een enorm houten
bureau. Voor hem ligt een dik medisch handboek, ik kan de titel niet lezen.
Dokter Kortekaas heeft een aantal belangrijke mededelingen. Om
te beginnen heeft hij een diagnose gesteld: Bram heeft gegeneraliseerde
epilepsie met myoclonieën. Wat dat betekent, wordt ons niet uitgelegd. Later
begrijp ik wat hij bedoelt: gegeneraliseerd betekent dat bij de aanvallen de
gehele hersenen mee doen. En myoclonieën zijn spierschokken.
Uit de onderzoeken is niets afwijkends gevonden. Urine,
bloed en ruggemergvocht zijn helemaal normaal. En ook de CTscan was helemaal
gewoon.
De behandeling van Bram wordt gewijzigd. Omdat er nog steeds
aanvallen zijn, wordt de depakine afgebouwd en krijgt Bram een ander medicijn:
tegretol.
Wij kunnen hem wekelijks een verslag faxen over de aanvallen
van Bram. Via de polikliniek horen we dan de tijd waarop wij met hem een
belafspraak hebben.
Ik krijg een hand van dokter Kortekaas. Ik pak de spullen in
van Bram, neem afscheid van Wouter en Bianca, de verpleging en zaalarts Marieke.
Dan vertrekken we naar huis. Het is heerlijk om uit het strakke ziekenhuisstramien
te zijn.
Jess Glynne: Take me home
*Fictieve naam
Over de inhoud van mijn rugzak:
Houden:De observatie dat wij als ouders helemaal geen voorlichting kregen over epilepsie, we wisten echt helemaal van niets! Ook na de diagnose kwam er geen brochure, was er geen voorlichting over aanvallen en wat je moet doen als het uit de hand loopt. Erger eigenlijk is dat later zou blijken dat ook de kinderarts heel weinig van epilepsie wist.
En: wat ook toen al bleek: epilepsie heb je niet alleen! Bram had de aanvallen, maar wij, ons gezin, en de opa's en oma's kregen er ook mee te maken. Het had (en heeft) een grote impact op ons allemaal.
En tot slot: ik realiseer me nu weer hoe zwaar het was. Dat is iets wat ik zo graag zou willen zeggen tegen al die professionals die zich met 'ons soort ouders' bezig houden....bedenk onder welke druk ouders staan en pas je een beetje aan. Het helpt al enorm als je je afspraken nakomt, en meedenkt over oplossingen voor de problemen die er voor ouders bijkomen. Zoals niet eens even naar het toilet kunnen.... later in dit blog meer hierover....
De rol van de familie, die verdient meer aandacht.
De rol van de familie, die verdient meer aandacht.
Weg: De nare herinneringen aan deze weken opslaan op
externe schijf, schijf wegleggen.
Jess Glynne: Take me home
*Fictieve naam
Geen opmerkingen:
Een reactie posten